Hoewel dit nummer twee was in de reeks Poëzie Perdu, biedt het behalve aan gedichten ook onderdak aan van alles wat meestal niet in poëziebundels voorkomt: een essay, verhalen, soms in vertaling, vertaalde gedichten van onder meer Tranströmer en Auden, en het motto lijkt een zelfverzonnen Shakespeare-citaat te zijn. Bovendien heeft het iets wat je meestal alleen ziet bij atlassen, encyclopedieën en bepaalde magazines: uitklappagina’s. Eén van de gedichten op zo’n pagina vind je hier ook terug achter de titels hieronder, naast twee andere gedichten en een vertaald gedicht.
_______
Vormgeving: Boudewijn Boer
Tekening: Manel Esparbé Gasca
_______
_______
Een van de dagen…
Neem een steen
Tomas Tranströmer De herinneringen zien me
Een klein blauw ding
_______
_______
Het motto
Caliban tot de lezers
‘Ja, onze muze heeft, zijzijgeprezenmetontzag, een ruim hart. Alles en iedereen neemt ze op sleeptouw. In volle vaart schaatst ze op de verboden onsamenhangendheid af, neus in de wind zwiert ze voort om vlak voor het wak haar plotsklapse overstap te maken en er rakelings voorbij te schieten.’
_______
Veel lezers vragen zich af hoe het zit met die Mr. in de titel. Dat is niet heel verwonderlijk. Bij het verschijnen in 1988 kon het al zowel een afkorting zijn voor een meester in de rechten als voor het licht verouderde ‘mijnheer’. In combinatie met de mevrouw lijkt de laatste het meest waarschijnlijk.