Wie de Zweedse schrijver kent, denkt bij het zien of horen van zijn naam aan proza dat niemand onberoerd laat. Zijn romans en verhalen behoren tot de schatten van de moderne wereldliteratuur. Maar de rasverteller schreef eerst een aantal dichtbundels voor hij zich over het proza boog.
Voor literair tijdschrift Raster (#81) vertaalde ik één cyclus van dertien gedichten om Nederlandse lezers ook met zijn poëzie in aanraking te brengen. ‘Gemeentelijk’ heet de reeks en die komt uit de bundel Dikter från Vimmerby (1970). Vernederlandst zouden dat gedichten uit pakweg Woerden zijn. Veel meer hoeft er niet vernederlandst te worden, want de sfeer die deze poëzie oproept, komt bekend voor, soms zelfs akelig bekend. Het is een portret van de welvaartsstaat. Dit is het slotgedicht:
_______
Kleine gestreepte potjes met kleinsteedse lucht
zullen er worden geproduceerd in de gemeentefabriek. Kleine maar fijne schroefdopverpakkingen met de geelgrijze mist van november
rond bungalows, de klamme warmte van hoog zomer
boven het plein
of een doorschijnende sneeuwbui over het kerkplein.
Voor twee kroon per eenmalige verpakking laten wij delen
in onze melancholische bekrompenheid en vrede.
Ver weg zullen artsen onze atmosfeer voorschrijven
als middel tegen vervreemding en wereldangst
en in de bar van de Opera zal hij worden geserveerd als aperitief.
Als je aandachtig het deksel losdraait
en je over de pot buigt
slaat de klok van het raadhuis zes,
het kerkkoor zet een requiem in
en de ober van het Hotel gaat rond
en knipt de rode lampjes aan op de tafels
in het restaurant.
_______
De hele cyclus kun je lezen op de site van de DBNL waar ook een iets uitgebreider inleidinkje is te vinden. (Bij de opmerking over Amelin moet ‘de kunstgeschiedenis van het socialisme’ staan.) Of lees meer over Torgny Lindgren op de site noordseliteratuur.nl.
_______
Vreemd genoeg is er één prozaboek van de inmiddels overleden grootmeester nog altijd onvertaald gebleven: Döden ett bekymmer. Het is een detective die hij samen met Eric Åkerlund schreef. Het is geen standaard scandic noir. Er valt een dode in een kleine, enigszins extatische geloofsgemeenschap en de accountant van de gemeenschap ziet het als zijn taak de zaak uit te zoeken. In een heerlijke droogkomische vertelling, met personages die sympathie en meelij wekken, raakt de hoofdpersoon steeds meer de weg kwijt.
Ik zou er graag mijn vertalerstanden in zetten. Uitgevers die meer willen weten, mogen altijd contact opnemen.
Op de pagina Verspreid proza vind je meer beschouwende en verhalende stukken.