Off the record

‘Bellen zo groot als strandballen
dreven op de wind de stad in.
Het was toen voor het eerst
dat men doorkreeg dat er iets aan de hand was.

Ze spatten niet uiteen als ze landden,
je zag ze zachtjes stuiteren, op en neer,
over auto’s, gazons, bungalows
tot ze zich nestelden in de toppen van bomen
of terechtkwamen in zwembaden
waar ze ronddreven tussen bladeren en opblaasbeesten.

Zo nu en dan
knikkerde er één, meegenomen door een windvlaag,
iemand omver die over straat liep.
Maar daar school het werkelijke gevaar niet in.

Het was toen ze plotseling begonnen
te lekken, dat ook de problemen pas echt begonnen.
Dit waren de eerste dagen
waarover we al snel spraken
als de Tijd der Olifanten

– die zeepbelnaam,
ik heb me vaak afgevraagd hoe we
hoe ver we op onze ironie
zijn weggedobberd.’

_______
_______

_______

uit de bundel de hand boven het hoofd
1994
© Hans Kloos

Hieronder kun je luisteren naar een voordracht van het gedicht bij de dichter thuis, opgenomen door Wim Brands voor VPRO’s Boeken.